Stichting Rugvin gaat als Whale Poo Ambassadors, Walvispoep Ambassadeurs alle walvissen als ecologisch ingenieurs op de wereldkaart zetten! Deze zeezoogdieren leveren namelijk een belangrijke, misschien wel heel belangrijke bijdrage aan het behoud van de biodiversiteit en zijn zij ook absoluut essentieel voor de klimaatbescherming. Helaas is de realiteit dat wij als mensen hier nog niet veel van weten en dus geen gebruik maken van deze kennis.
In de strijd tegen klimaatverandering zijn de zeeën om ons heen gevuld met windmolens, worden bomen op het land geplant en zijn subsidies voor elektrische auto’s en PV-panelen meestal snel op. We vergeten dat overal om ons heen duizenden ‘ingenieurs’ al eeuwenlang bezig zijn het klimaat en de biodiversiteit te beheersen. Een van de belangrijkste feiten hier is dat de walvispoep, de uitwerpselen van de walvissen, het fytoplankton bemest.
Walvissen als bemesters van het fytoplankton
Walvismest dat veelal op specifiek aan plankton rijke plekken ter wereld wordt uitgescheiden is van cruciaal belang voor de groei van fytoplankton, het plantaardig plankton. Het zorgt niet alleen de juiste meststoffen, maar ook nog eens op de juiste plek, aan het oppervlak, daar waar de zon schijnt! Efficiënter kan niet!
Het plankton, bestaande uit microscopisch kleine algjes, wieren en bacteriën, vormt de basis van al het leven in zee. Je zou kunnen zeggen dat het fytoplankton als het ware de oerwouden van de oceanen vormen. Dan kun je op je vingers natellen wat het effect zou zijn als een belangrijk deel van de bemesting hiervan zou verdwijnen.
Het fytoplankton vormt niet alleen de basis van de voedselketen in de oceanen, maar vangt ook koolstofdioxide (CO2) uit de lucht en geeft zuurstof (O2) weer af. Dit is wat alle planten doen.
Het fytoplankton in de oceanen produceert het merendeel van de zuurstof (>50 %) dat wij als mensen en dieren verbruiken en vangt zo’n 40% van al het broeikasgas CO2 in. Dat is veel meer dan alle bossen op de wereld samen.
Een blauwe vinvis, de grootste walvisachtige, produceert 3- 4.000 kg poep/mest per dag per volwassen dier!! Deze hoeveelheid op zich klinkt nog niet als heel veel. Maar als je dit vermenigvuldigt met de huidige 4-5.000 dieren op aarde wordt het al snel heel veel. Maar nog steeds veel te weinig! Want ooit leefden er zo’n 200.000 – 400.000 blauwe vissen in de oceanen. De meesten zijn allemaal in tijden van intensieve walvisjacht geharpoeneerd. De bemestingsfactor was toen dus zo’n 100 x groter.
Dat is 250.000 x 3.000 kg mest per dag = 750 miljoen kg. Vermenigvuldig dit dan vervolgens met het aantal dagen per jaar 365= 273.750.000.000 kg mest = 273,75 miljard kilo blauwe vinvismest per jaar.
Van de ooit op aarde levende populatie blauwe vinvissen leven er nu nog slechts enkele duizenden (2-3 %). De hoeveelheid mest is dus ook maar een fractie van wat het ooit was. Maar blauwe vinvismest is ook nog eens speciaal, die blijft namelijk drijven aan het oppervlak, daar waar het fytoplankton leeft. En dat is erg cruciaal. En dan hebben we het hier slechts over één soort walvis. Van de meeste andere soorten grote walvisachtigen zijn ook nog maar slechts fracties over. En iedere walvis heeft weer haar eigen mestsoort met typische eigenschappen voor wat betreft drijfvermogen, chemische samenstelling, locaties en periodes waar die mest wordt uitgescheiden.
Tegelijkertijd zien we op NASA-satellietbeelden dat de oceanen blauwer en minder groen worden. Met andere woorden: minder fytoplankton en minder biodiversiteit. Die processen zijn we ook aan het kwantificeren, hoeveel CO2 wordt er bijvoorbeeld bespaard door één walvis? En met hoeveel hectare nieuw aangeplante bomen komt dit overeen? Hoeveel haring levert een bultrug op? Enz. Wat zijn de financiële voordelen van een walvis? Er is al veel bekend, maar de kennis is vaak beschreven als één apart of een paar puzzelstukjes bij elkaar.
De walvispomp
Sommige walvissoorten zwemmen vanuit de diepzee, na een duik, weer terug naar het wateroppervlak. Hierdoor brengen zij een stroom van voedingsstoffen, zoals stikstof en ijzer, naar de oppervlakte van de zee. Dit proces noemen we de walvispomp, the whale pump. (J. Roman and J. McCarthy). Door deze voedingsstoffen kan plantaardig plankton beter groeien en de fotosynthese laten werken.
De zeeën van onze planeet recyclen zichzelf voortdurend. Regens van dood organisch materiaal dwarrelen naar de zeebodem. Veel dieren; vissen en zoöplankton scheiden hun uitwerpselen uit vol stikstof (N) fosfor (P) en ijzer (Fe) uit in diep water terwijl ze hun regelmatige op-en-neer migratie door de waterkolom uitvoeren. Dit is een neerwaartse “pomp” van voedingsstoffen. Walvissen en andere zeezoogdieren brengen veel van de nutriënten tijdens hun opwaartse beweging weer richting wateroppervlakte . Ook scheiden zij aan het oppervlakte hun uitwerpselen uit (J. Roman en J. McCarthy).
De uitwerpselen, de walvispoep, van potvissen bevatten veelal 10.000.000 keer de hoeveelheid Fe (ijzer) ten opzichte van het zeewater waarin ze zwemmen. Dit ijzer is cruciaal voor de fotosynthese van fytoplankton ofwel de mondiale zuurstofproductie en CO2-absorptie. Hiermee draagt de walvispomp ook bij aan de reductie van klimaatverandering. Zie ook https://rugvin.nl/walvissen-als-ecologische-ingenieurs/
Het totale duikgedrag en het mixen daarbij van de diverse zeewaterlagen, van alle walvissen, is naar schatting groter dan dit effect door zeestromingen stormen en getijde.
Horizontale verspreiding van walvismest
Lorem ipsum dolor sit amet, consectetur adipiscing elit. Ut elit tellus, luctus nec ullamcorper mattis, pulvinar dapibus leo.